Dinsdag 21 januari vond de Kick-off van Beethoven Zuid-Holland plaats tijdens de Big Improvement Day (BID) in het AFAS Circustheater Den Haag. De onderwijsinstellingen in Zuid-Holland slaan de handen ineen om meer technici op te leiden voor bedrijven in de microchipsector. In de komende vijf jaar wordt ingezet op 1.000 extra techniekstudenten en nog eens 1.000 om- en bijscholende werknemers. Deze ambitie vormt de kern van het Regioplan Beethoven Zuid-Holland Delft. Bijzonder is de samenwerking tussen onderwijssectoren: mbo, hbo en wo trekken samen op. Programmamanager van Beethoven Zuid-Holland Joost van der Veen vertelt meer over dit project.
Het Rijk stelt in deze eerste fase (2025-2026) een bedrag van 9,4 miljoen euro beschikbaar voor regio Zuid-Holland. In totaal is er 43 miljoen euro gereserveerd voor de plannen in Zuid-Holland, in aanvulling op de investeringen vanuit de regio zelf. Dat schrijven ministers Dirk Beljaarts (Economische Zaken) en Eppo Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) aan de Kamer.
De Nederlandse microchipsector is van groot belang voor de Nederlandse economie. ASML behoort wereldwijd tot de top en bouwt op een wijdvertakt netwerk van hoogtechnologische toeleveranciers. Naast een vestiging van ASML in Delft zijn veel van deze toeleverende bedrijven in de microchipketen gevestigd in Zuid-Holland. Bedrijven zoals Hittech, Nearfield Instruments, Demcon en tientallen anderen. De groei van ASML én de groei van al deze ketenpartijen zorgt voor een forse talentopgave. Met de Beethovenplannen komen we tegemoet aan deze vraag uit het microchipwerkveld. Zo dragen het onderwijs en werkveld samen bij aan het toekomstig verdienvermogen van Nederland.
Het regioplan is opgesteld door TU Delft, ROC Mondriaan, Hogeschool Inholland en De Haagse Hogeschool, samen met de Economic Board Zuid-Holland (Human Capital Agenda), Innovation Quarter, vertegenwoordigers van microchip-bedrijven en Gemeente Delft. Het plan is gebaseerd op de vraag van het werkveld: industry-led. In het plan wordt intensieve samenwerking geschetst met het bedrijfsleven en de andere kennisinstellingen in Zuid-Holland, zoals Universiteit Leiden, de Leidse Instrumentmakers School en Expertise Centrum Precisietechniek.
De activiteiten in het regioplan vormen drie actielijnen:
- Gerichte uitbreiding van het onderwijs: het aantal opleidingsplekken wordt uitgebreid, er worden nieuwe mbo- en hbo-opleidingen gestart specifiek gericht op de microchipsector en gezamenlijk wordt de werving geïntensiveerd.
- Een schaalsprong in leven lang ontwikkelen (LLO): er komt een semicon learning point waar alle opleiders van Zuid-Holland hun cursusaanbod koppelen aan de vraag uit het microchip-werkveld. Publiek en privaat onderwijs werken hier samen met het werkveld. Het Rijk heeft een aanvullende 2,8 miljoen euro gereserveerd voor als deze plannen verder zijn uitgewerkt.
- Gezamenlijke semicon-labfaciliteiten: In Delft wordt een speciale onderwijs-cleanroom opgezet, waar studenten leren werken met de hoogtechnologische apparatuur van de microchipsector.
Tot 2030 leiden deze investeringen tot een aanzienlijke uitbreiding in het techniekdomein en minstens 2.000 extra werknemers in de microchipsector. Momenteel wordt reeds 50% van de Nederlandse technici opgeleid in Zuid-Holland. Met het Beethoven Regioplan Delft wordt die positie structureel versterkt.
Beethoven is aanwezig op ZIE 2025. Zien we jou daar?

Spotlight: Joost van der Veen, programmamanager Beethoven Zuid-Holland
Duizenden technici opleiden voor de microchipsector is een flinke opgave. Wie zijn de mensen die hieraan werken in regio Zuid-Holland? Vandaag spreken we Joost van der Veen, programmamanager Beethoven Zuid-Holland.
Wat is je rol binnen Beethoven?
“Als programmamanager heb je meestal veel rollen tegelijk en bij Beethoven is dat zeker het geval. Ik ben aanspreekpunt, buitenboordmotor, ambassadeur, procesbegeleider, lobbyist, mediator, adviseur, etc. Juist die diversiteit maakt het interessant. We staan aan het startpunt van zes jaar Nationaal Versterkingsplan Microchiptalent. Dus nu kunnen we de toon zetten voor het proces tot 2030. Ik heb voor onze regio twee prioriteiten: iedereen aan boord hijsen en voortvarend van start gaan met onze ambities. Komende tijd wil ik bij alle partners langs om concreet te maken wat we voor elkaar kunnen betekenen.”
Wat zie je als de grootste kans?
“Beethoven is de perfecte showcase van kennisintensief industriebeleid. Nederland is een internationale kenniseconomie en zou hier veel actiever beleid op kunnen voeren. In de tijd dat ik bij het ministerie van onderwijs werkte was er ook volop ruimte om te bouwen aan internationale samenwerking en al sinds 2012 weten we dat dit Nederland veel oplevert. Aan kwaliteit én aan financiële baten, inmiddels ruim 1,5 miljard euro per jaar. Toch is de politieke discussie volledig de andere kant op gezwenkt en wordt er nu vooral gesproken over het inperken van internationaal talent. Beethoven laat zien hoe het anders kan: investeren in onderwijs, omarmen van internationaal talent en bouwen aan een rijk ecosysteem.
De grote kans die ik zie is dat Beethoven een nieuw narratief biedt voor kennisintensief industriebeleid. Want dit geldt voor de microchipsector, maar net zozeer voor de energietransitie, defensie en tal van andere sectoren. Het is betekenisvol dat zowel minister Bruins (OCW) als minister Beljaarts (EZ) samen het initiatief nemen voor dit nationaal versterkingsplan. Hopelijk kunnen we vaker de verkokering in de rijksoverheid doorbreken met dit soort kennisinvesteringen.”
Waar kan het mis gaan, wat zijn de succesfactoren van Beethoven?
“Zuid-Holland heeft een heel rijk ecosysteem met tientallen kennisinstellingen: mbo, hbo, wo, zowel publiek als privaat, TNO en vele andere organisaties. Dat geeft massa: maar liefst de helft van alle technici die in Nederland worden opgeleid krijgen hun diploma in onze provincie. Maar dat maakt Beethoven in onze regio ook complex. Je kan niet met 100 mensen samen een plan schrijven in korte tijd en je kan een beperkt budget niet eindeloos opdelen. Dan krijg je subsidieconfetti. Een belangrijke succesfactor is dat we een balans vinden tussen slagvaardigheid en brede betrokkenheid. Dat geldt zeker ook voor alle partners uit het semicon-werkveld. Ons regioplan is sterk geschreven vanuit de werkveldvraag, industry-led. Dat wil ik ook in de uitvoering vasthouden.”
Waar staan we in 2030?
“De tijdhorizon van Project Beethoven is heel beperkt: wat kan er tot 2030? Net als met de componist Beethoven hoop ik echter dat we iets blijvends kunnen neerzetten. Een duurzame samenwerking tussen werkveld en onderwijs, een rijk LLO-aanbod, duidelijke synergie tussen mbo, hbo en wo en een herwaardering van internationalisering. Daar hoop ik in 2025 al een goede basis voor te leggen, want een goede start is het halve werk.”